Algemeen

Obducties worden alleen uitgevoerd indien er een medische indicatie is voor nader onderzoek naar de doodsoorzaak of onderliggende aandoeningen.

Aanvragen voor obducties dienen door een arts aangemeld te worden middels een aanvraagformulier.
Dit formulier kunt u mailen naar:  info@pathan.nl
Alleen een volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier wordt in behandeling genomen.

Voor een goede logistieke afhandeling is het belangrijk om de obductie aan te melden bij Cura Mortu Orum (CMO). Telefoonnummer coördinatie obducties/speciale diensten: 085-0496989. Voor het aanvragen van een obductie hoeft geen contact opgenomen te worden met een patholoog.

Obducties worden in de regel gedaan op werkdagen en niet in het weekend.
Nadat de obductie aanvraag is ingediend zal de obductie in principe de volgende dag plaatsvinden.
Op vrijdagen wordt een uiterste poging gedaan om de obductie nog op dezelfde dag te laten uitvoeren.
Indien de overledene op vrijdag na 13.30u wordt binnengebracht, dan zal de obductie op maandagochtend plaatsvinden. De planning van obducties is o.a. afhankelijk van beschikbaarheid van pathologen en CMO-assistentie, naast werkzaamheden van de transplantatiedienst indien van toepassing.

Voor obductie dient de overledene naar een ziekenhuis te worden vervoerd:

  • Overledenen uit de regio Rotterdam dienen te worden vervoerd naar het Franciscus, locatie Gasthuis, Kleiweg 500 te Rotterdam.
  • Overledenen uit Gouda en directie omgeving dienen voor obductie te worden vervoerd naar het Groene Hart Ziekenhuis, Bleulandweg 10 te Gouda.
  • Overledenen uit de regio Zeeland (boven de Westerschelde) dienen voor obductie te worden vervoerd naar het Admiraal de Ruijter Ziekenhuis, ’s-Gravenpolderseweg 114 te Goes.
  • Overledenen uit de regio Zeeuws Vlaanderen dienen voor obductie te worden vervoerd naar het ZorgSaam Ziekenhuis, Wielingenlaan 2 te Terneuzen.

De obductie is – indien aangevraagd door de huisarts – kosteloos. Wel dienen de kosten van het vervoer door de nabestaanden te worden gedragen. Het vervoer van overledenen vindt uitsluitend plaats door de begrafenisondernemer. Om een overledene te kunnen inbrengen in het mortuarium dient te allen tijde contact te worden opgenomen door de vervoerder met CMO.
Ook voor aanvullende logistieke vragen omtrent obducties kunt u contact opnemen met CMO, telefoon 085-0496989.

Checklist aanmelden obductie:

  • arts meldt aan met aanvraagformulier naar info@pathan.nl
  • arts meldt aan bij CMO
  • vervoer naar ziekenhuis door uitvaartondernemer
  • vervoerder neemt contact op met CMO
  • zie overige items in onderstaande rubrieken: checklist bij obductie-aanvraag (alvorens een obductie aangevraagd wordt); HIV, Hepatitis C, Creutzfeldt-Jacobs; bijlagen
    • Checklist bij obductie-aanvraag

      Alvorens een obductie aangevraagd wordt, moeten een aantal zaken worden geverifieerd:

      1. Is er sprake van een natuurlijke dood?

      Natuurlijk overlijden is niet bij de wet gedefinieerd, maar een bruikbare omschrijving is overlijden,
      uitsluitend ten gevolge van een spontane ziekte of ouderdom. Indien een persoon overlijdt t.g.v. een ziekte
      die niet spontaan is opgelopen (b.v. infectie opgelopen op een bloemenveiling, hartinfarct ontstaan
      aansluitend aan een ruzie) of voortvloeit uit een trauma (b.v. collumfractuur) of vergiftiging,
      is er sprake van een niet-natuurlijke dood.

      Er is slechts één uitzondering op het spontane karakter van overlijden en dat is indien het overlijden
      volgt na complicaties van zich lege artis medisch handelen.

      Bij verdenking op een niet-natuurlijke dood dient een (behandelend) arts onmiddellijk de
      gemeentelijk lijkschouwer (forensisch geneeskundige) te waarschuwen
      (Forensische Artsen Rotterdam Rijnmond – FARR 010-244 71 82).

      Indien zulk een vermoeden eerst tijdens de sectie ontstaat, dient de sectie te worden stilgelegd
      en zal de patholoog de clinicus waarschuwen, waarmee overlegd moet worden hoe verder te gaan.

      1. Indien geen natuurlijke dood: is het lichaam vrijgegeven door de officier van justitie?

      Een lichaam kan pas worden vrijgegeven nadat het in beslag is genomen. Op grond van lokale
      afspraken tussen de forensisch geneeskundige en het Openbaar Ministerie kan het zijn dat de forensisch
      geneeskundige bevoegd is bepaalde gevallen van niet-natuurlijk overlijden af te handelen zonder
      tussenkomst van politie of justitie (b.v. een collumfractuur).

      Indien een lichaam is vrijgegeven is het verstandig dit per mail te laten bevestigen door de (dienstdoende)
      officier van justitie. (Beter is de vraag als volgt te formuleren: indien geen natuurlijke dood: is het lichaam
      nog in beslaggenomen door de officier van justitie?)

      In de praktijk blijkt dat een forensisch geneeskundige niet steeds bereid is om een lichaam te schouwen.
      Wanneer de aanvragend arts dit duidelijk op het sectie aanvraagformulier vermeld heeft, is het gewettigd
      de sectie aan te vangen.

      1. Is er toestemming van de familie voor lichaamsobductie?

      Uitsluitend indien er toestemming is van de wettelijke vertegenwoordiger van de overledene kan een
      lichaamsobductie plaatsvinden. Indien de familie geen consensus kan bereiken, is het verstandig om
      de sectie niet te laten plaats vinden.

      Indien (bij de arts) geen familie bekend is en de arts toch graag een sectie wil, is het mogelijk dat
      bijvoorbeeld de burgemeester toestemming geeft voor een sectie. In de praktijk is enkele malen gebleken
      dat geruime tijd na het overlijden alsnog nabestaanden door de politie zijn gevonden en dat het feit dat
      dan zonder toestemming een sectie is verricht aanleiding kan zijn tot het (dreigen van) indienen van schadeclaims.

      1. Is er een indicatie voor een schedelobductie?

      Een schedelsectie kan niet altijd onzichtbaar geschieden (b.v. wanneer de patiënt weinig hoofdhaar heeft). Ziekelijke afwijkingen aan de hersenen komen zelden voor zonder dat bij leven reeds neurologische afwijkingen zijn gebleken. Daarnaast kan optimaal neuropathologisch onderzoek slechts plaatsvinden indien de hersenen
      circa 3 tot 6 weken zijn gefixeerd. Deze argumenten maken het niet zinvol om routinematig een schedelobductie te verrichten.

      1. Is er toestemming van de familie voor een schedelobductie?

      Samenhangend met vraag 4 en de recente maatschappelijke onrust omtrent het bewaren van lijkdelen na een sectie,
      dient de familie nadrukkelijk toestemming te verlenen voor het verrichten van een schedelobductie, waarbij de patholoog ervan uitgaat dat de behandelend arts de familie goed heeft voorgelicht over wat daar onder verstaan wordt.

    • HIV, Hepatitis C, Creutzfeldt-Jacob

      Indien er sprake is van besmettelijke ziekte of verdenkingen hierop (HIV, Hepatitis C, Creutzfeldt-Jacob) wordt
      de obductie niet door Pathan-pathologen verricht.
      Obducties betreffende overledenen met Creutzfeldt-Jacob worden uitbesteed aan de afdeling Pathologie van
      het UMC Utrecht. De aanvraag hiervoor verloopt echter wel via Pathan volgens het “Beleid infectie preventie” van Pathan.
      Obducties betreffende overledenen met HIV of Hepatitis C worden uitbesteed aan het EMC, accreditatie M 011.

      Voor vragen hieromtrent kan men zich wenden tot de coördinator Logistiek via het algemene nummer van Pathan:
      010-461 6661.

      Buiten openingstijden is een patholoog bereikbaar via de telefooncentrale van het Franciscus Gasthuis: 010-4616161

    • Bijlagen